Bij Dit is de dag (Radio 1) mocht ik vandaag reageren op Jacob Gelt Dekker, een ondernemer die vertelde dat hij de herbegrafenis van de keizer van Ethiopië had helpen financieren. Er waren heus andere gasten om in mijn gedicht te verwerken – zo kwam Louis van Gaal nog voorbij om te zeggen dat hij niet van plan was om mee te gaan dansen tijdens Gay Pride: ‘Ik ga kijken naar de mensen die naar mij kijken.’ – maar tegen Dekkers radicale geloof in creative destruction kon niemand op. Zo kwam het dat ik even voor half drie in de middag een gedicht aan mocht kondigen getiteld ‘De keizer is dood, leve de keizer’:
Ik heb de keizer van Verweggistan begraven
het was een fantastisch feest, de hele wereld
kwam plotseling vlakbij, in alle rust
kon ik naar al die mensen kijken die
naar mij keken, al dachten ze
dat het hun keizer was, een man
die iets uit niets maakt om
het daarna weer weg te geven
hoe minder geld ik overhoud, hoe meer
er in de toekomst nog valt te verdienen
hoe meer het licht wordt uitgedoofd, hoe minder
er voor mijn nachtkijker verborgen blijft
wat moet je met een vrouw of vriend
als er met hen niets nieuws valt op te zetten
wat moet je met een maaltijd
als je niet wordt verteerd door honger
dus weg dat voedsel, weg die aandacht
weg, weg, weg, tot er niets overblijft
dan ik omringd door leeggeslagen verten
met voor mijn voeten een vers gedolven graf
een klein zwart gat, een niets, een land
van onbegrensde mogelijkheden
Krijn Peter Hesselink
Was de ondernemer een Ras TafarI of herbegroef hij deze slechts? Jacob Geld-dekker (moderne spelling) is trouwens een onwaarschijnlijk prachtige naam voor zulk een handeling. Hulde. (overigens: Jah no dead)
Bij mijn weten is onze geldtoedekker geen rastafari. Veel van de regels uit het gedicht, ‘wat moet je met een vrouw of vriend / als er met hen niets nieuws valt op te zetten // wat moet je met een maaltijd / als je niet wordt verteerd door honger’, heb ik vrijwel letterlijk uit ’s mans mond opgetekend.